Kandidaat-burgemeester Rudy Coddens eerde Gentenaar Pierre De Geyter, componist van de ‘Internationale’, tijdens de jaarlijkse hulde bij diens standbeeld in de tuin van het MIAT aan de vooravond van 1 mei. Hij hield er een opvallende toespraak.
“Onze ‘Internationale’ verbindt nog altijd socialisten over de hele wereld, rond internationale solidariteit en de strijd voor vrede. Dat is het werk van een Gentenaar, en daar mogen we vanzelfsprekend trots op zijn.”
“Natúúrlijk zijn er nog socialisten nodig om te zorgen voor wie het moeilijker heeft. Bijvoorbeeld voor mensen die, ondanks veel inspanningen, geen job vinden. Die mensen moeten een basisbaan aangeboden krijgen, tegen een correct loon, en mét een volwaardige bescherming. Als een paar clevere gasten een business-model opzetten genre Über of Deliveroo, waaraan ze snel veel geld verdienen, door zelf niet veel te doen maar anderen in schijnzelfstandigheid te dwingen, dan is het aan ons om tussen te komen – niét door Über en Deliveroo te verbieden, wél door hen te zeggen: ‘Voor de mensen die voor u het werk doen, moet het méér zijn: meer loon, meer bescherming, meer toekomst.’”
Lees hieronder mijn speech:
Hulde aan Pierre De Geyter – meiavond 2018
(maandag 30 april, vanaf 17 uur, voortuin MIAT)
Gelegenheidstoespraak door Rudy Coddens, kandidaat-burgemeester sp.a
Beste vrienden, kameraden
Het is voor mij een eer om hier vandaag het woord te mogen voeren, aan de vooravond van 1 mei.
Merci, S-Plus, voor de uitnodiging. En een dikke merci aan Willy en de zangers van Morgenrood, die elk jaar opnieuw zorgen voor de schitterende hulde aan Pierre De Geyter.
Ik denk dat ik voor iedereen hier spreek, als ik zeg dat het ‘haar op onze armen’ nog altijd meteen recht komt, zodra we de eerste tonen van onze ‘Internationale’, van onze hymne, horen.
Ze verbindt nog altijd socialisten over de hele wereld, rond internationale solidariteit en de strijd voor vrede. Dat is het werk van een Gentenaar, en daar mogen we vanzelfsprekend trots op zijn.
Kameraden: is er nog wel socialisme nodig, tegenwoordig? We kennen het antwoord allemaal: natúúrlijk is socialisme nog nodig, en vandaag zelfs meer dan ooit.
Natúúrlijk zijn er nog socialisten nodig, om te waken over de solidariteit; om te zorgen voor wie het moeilijker heeft.
Bijvoorbeeld voor mensen die, ondanks veel inspanningen, geen job vinden. Het is aan ons om er voor te zorgen dat die mensen een basisbaan aangeboden krijgen, tegen een correct loon, en mét een volwaardige bescherming.
Dat is een oud principe, dat binnen ons nieuwe socialisme een eigentijdse invulling krijgt.
Als een paar clevere gasten een business-model opzetten genre Über of Deliveroo, waaraan ze snel veel geld verdienen, door zelf niet veel te doen, maar anderen in schijnzelfstandigheid te dwingen, dan is het aan ons om te zeggen: ‘Hola, klein momentje, zo gaat dat hier niet.’
Dan is het aan ons om tussen te komen – niét door Über en Deliveroo te verbieden, wél door hen te zeggen: ‘Voor de mensen die voor u het werk doen, moet het méér zijn: meer loon, meer bescherming, meer toekomst.’
Op zo’n momenten moeten we onze hakken in het zand zetten, op een goeie manier. Om voor die werkmensen, vaak ook nog eens jonge mensen aan het begin van hun carrière, of studenten die moeten bijklussen, te zorgen.
En zo zijn er nog veel historische verworvenheden die onder druk staan. Werkloosheidsuitkeringen. De ziekteverzekering. Armoedebestrijding. Openbaar vervoer. Enzovoort.
Allemaal zaken die rechtse partijen en denkers, aan de grillen van de vrije markt willen overlaten. Ondanks voorbeelden uit het verleden en uit andere landen die aantonen dat de dienstverlening er in dat geval niet beter op wordt, het tegendeel is waar.
Die zaken horen thuis bij een sterke publieke sector, die het welzijn van zo veel mogelijk mensen als doel heeft – niét in de private sector, waar het alleen draait om zo hoog mogelijke wisten, voor zo weinig mogelijk mensen.
—–oOo—–
Kameraden: is er nog wel socialisme nodig, tegenwoordig? Wij kennen het antwoord allemaal. Het is aan ons om daar zoveel mogelijk mensen van te overtuigen. Te beginnen in Gent.
Samen met onze leden, met de vrienden van Groen, maar vooral ook met de inbreng van vele Gentse organisaties en Gentenaars, hebben we alweer een formidabel verkiezingsprogramma geschreven.
Het ontwerp is zaterdag goedgekeurd door de beide congressen. We werken het nu helemaal af, en stellen het voor op 26 mei, samen met onze campagne.
Zet die voorstelling maar al in uw agenda, kameraden: zaterdag 26 mei, vanaf 10 uur. De details volgen binnenkort.
Aan ons programma zal het dus niet liggen, integendeel. Ik heb daar al een paar speerpunten uit bekendgemaakt. Ik wil een ‘Handelskabinet’ installeren voor continu overleg over economie en middenstand. Ik wil meer mensen aan het werk door een Gentse ‘job-garantie’. En wij willen 90 miljoen uit de stadsbegroting investeren in een ‘Masterplan Wonen’, omdat kwaliteitsvol én betaalbaar wonen voor jonge gezinnen én voor ouderen met een klein pensioentje een recht is !
Aan onze kandidatenlijst zal het ook niet liggen, integendeel. Er staan 53 mensen op met de meest diverse achtergronden, mensen van alle leeftijden, mensen met verschillende interesses, maar allemaal zijn het mensen met gezond verstand en het hart op de juiste plaats – links dus.
Aan onze militanten zal het zéker niet liggen, integendeel. Ze zijn strijdbaar, en ze zijn met veel.
Dus, makkers: tot de strijd ons geschaard!
Een gezamenlijke strijd om Gent open en solidair te houden, een wijze stad waarin we allemaal samen bouwen aan een waardige toekomst voor iedereen.
Pierre De Geyter moest, als arbeiderskind uit een arm gezin, vooral voor zichzelf zorgen. Hij moest als kind al in de fabriek aan de slag, in Noord-Frankrijk, waar het gezin De Geyter noodgedwongen was gaan wonen.
Maar Pierre wou méér maken van zijn leven, volgde na zijn werk avondschool, leerde lezen en schrijven, en zou later ook muziekles volgen aan de Academie van Rijsel. Hij werd de eerste leider van het arbeiderskoor “La Lyre des Travailleurs”, speelde vaak op arbeidersbijeenkomsten en stakingen, en kreeg de vraag om een strijdlied te componeren voor een tekst van Eugène Pottier. De rest is geschiedenis.
Door een geschil over de auteursrechten zou hij daar weinig aan hebben – Pierre De Geyter kreeg pas kort voor zijn dood de faam die hij verdiende. Dat wij, hem nog elk jaar, postuum hulde brengen toont ons respect voor de man en zijn idealen.
Idealen die ook de onze zijn. Dus, makkers: tot de strijd ons geschaard. d’Internationale zal morgen heersen op aard’!
Bedankt allemaal. Ik wens u nu al een schitterende 1ste mei!